index - artikelen - links
wim wiskerke vorm en foto


film - op reis

Welke film op reis

 

Voor een vakantie of langere reis is er altijd weer het dilemma: welke film neem ik mee en hoeveel? En koop ik het onderweg of kan ik het onderweg (laten) ontwikkelen?
Het antwoord is natuurlijk afhankelijk van doel en duur van de reis.
Na de aanslagen van 11 september zullen overal X-ray machines met een hoge intensiteit verschijnen ook voor handbagage. Kodak raadt daarom af om nog film mee te nemen op vliegreizen, omdat geen enkele film deze dosis straling kan verdragen zonder te sluieren
Ga hier naar het Kodak artikel.

Kleur of zwart/wit, negatief of dia?

Je hoeft natuurlijk geen keuze te maken, er zijn mensen die altijd alles meenemen; die mensen zijn niet op reis, die verhuizen. Als je één camera of body meeneemt is de keus het moeilijkst. Met twee camera's wordt het al eenvoudiger. Denk ook eens aan een reflex + een compact.

Zwart/wit

 


Ik neem nog wel eens polaroid mee

De keuze voor (alleen) zwart/wit is meestal een min of meer principiële. Totale controle; het past in de rest van mijn werk zijn dan de argumenten. Maar er zijn ook meer triviale voordelen: minder zorgen over bewaartemperatuur; over houdbaarheid; over kleurafwijkingen onder sterk wisselende lichtomstandigheden; soms is het goedkoper (zie onder het kopje prijs).
Film is in alle ontwikkelde landen te koop. Iets goedkoper in Duitsland; verder bijna overal duurder. In een land waar een film geproduceerd wordt is die meestal iets goedkoper.
Laten ontwikkelen is meestal alleen mogelijk bij het vaklab, die maken ook altijd kontaktafdrukken. Kijk in de plaatselijke gouden gids/yellow pages, er zijn er in bijna elke belangrijke plaats in de wereld, zelfs in ontwikkelingslanden; meestal in de hoofdstad. Afdrukken kan tegenwoordig ook bij sommige 1-uur labs, maar de kwaliteit is zeer middelmatig. Ontwikkelen kan daar nooit. Er bestaat zwart/wit film voor het kleurnegatief-ontwikkelproces van Kodak: de 400CN. Een mooie allround film met zeer fijne korrel. De scherpte is gemiddeld en vergelijkbaar met een conventionele film ontwikkeld in een ultrafijnekorrel-ontwikkelaar. Ook Ilford heeft een zwartwit film voor het kleurenprocede de XP2, in tegenstelling tot de propaganda en de tekst op de bijsluiter is het een film voor gevorderden, met soms onverwacht beroerde resultaten.
Zelf ontwikkelen kan natuurlijk ook. De meeste fotojournalisten doen dat. Of beter: deden, want bijna iedereen werkt nu digitaal of in kleur. Chemicaliën in poedervorm meenemen, een ontwikkeltankje en een wisselzak als doka. De chemicaliën geven soms oponthoud bij de douane. Het ontwikkelen is zelden een probleem, maar het spoelen met een constante temperatuur wel en stofvrij drogen ook.
Belichte films zijn korter te bewaren dan onbelichte en dan nog alleen als ze redelijk koel en droog zijn opgeborgen. Het is echter lang niet zo kritisch als bij kleurenfilm.

Dia

 


Voor 80 % van de beroeps nog steeds de enige mogelijkheid. Alle nieuwsfotografen zijn op digitaal overgegaan, maar de stockburo's en reclameburo's werken nog allemaal op dia. Film is in alle ontwikkelde landen te koop. Iets goedkoper in Duitsland verder bijna overal duurder. In een land waar een film geproduceerd wordt is die meestal iets goedkoper.
Laten ontwikkelen is meestal alleen mogelijk bij het vaklab. Omdat een exact gelijke temperatuur bij het ontwikkelproces zeer kritisch is, is zelf ontwikkelen zonder ontwikkelmachine geen optie. Maar er bestaan daarom ook enkele 'portable' machines: de nederlandse Filmrunner en Filmeze en de ATL serie van Jobo.
Film moet behoorlijk gekoeld worden meegenomen, maar amateur versies zijn veel minder kritisch dan professional versies, dat geldt nog meer voor al belichte films.
Diafilm heeft meer last van onnauwkeurig belichten dan zwart/wit en kleurnegatief. In compactcamera's gaat het daarom meestal mis. Een eerlijke camera-fabrikant vermeldt dit in de gebruiksaanwijzing. (Ik heb het wel eens gezien.) Vooraf testen dus. Ten opzichte van negatieffilm is het belangrijkste verschil dat de kleurtemperatuur van het opnamelicht onmiddellijk en onverbiddelijk van invloed is op het eindresultaat. Tenzij je afdrukken laat maken (zie prijs). Diafilm is scherper.

Kleurnegatief

 



Voor de meeste mensen op vakantie de film. Overal verkrijgbaar, maar let in warme en of ontwikkelingslanden op de temperatuur in de winkel: ligt de film in de zon? Hebben ze een aircon? Ligt de film misschien, zoals het hoort, in de koelkast?
In de hele wereld staan ontwikkelmachines en de kwaliteit is van redelijk tot beter dan bij ons en datzelfde geldt voor de prijs. Er is grote concurrentie in bijna alle toeristencentra. Kies een grote (in sommige streken: gekoelde) en kijk naar de werkwijze van het personeel en de resultaten van de klanten voor jou. Sommige 1 uur labs zijn al 26-minit-labs (al 10 jaar geleden gezien in Indonesië).

Digitaal

 



Digitaal is alleen een optie als er ook een opslagmedium meegaat. Dus een notebook of een digital wallet. Digitaal is een noodzaak bij hard nieuws. Dan wordt er elk moment vanaf de notebook met de gsm verzonden. De eerste camera's met bluetooth of gsm aan boord zijn er al. De reden om digitaal te fotograferen moet niet zijn, dat het goedkoper is of dat het makkelijker is. Het is ook niet mooier of beter. Het grote voordeel is de onmiddellijke feedback die je krijgt, waardoor je veel sneller tot een ander resultaat komt dan je met conventionele fotografie zou bereiken. Dus je kan je veroorloven veel meer te experimenteren.
Voor portretten en snapshots zijn alleen de allerduurste camera's geschikt: de Nikon D1, de Canon D30 en duurder. Voor alles en iedereen die een beetje stilzit is digitaal prima. Voor bewegende onderwerpen is het een groot probleem dat er zo een lange tijd verstrijkt tussen het moment waarop je de ontspanknop indrukt en het moment waarop de foto daadwerkelijk genomen wordt. Het kan een aardig onverwacht beeld opleveren, maar meestal wil je zelf de baas zijn over het ogenblik.
Vergeet de drivers en de kabels of adapter niet als je een digitale camera meeneemt. Misschien kan je onderweg hier en daar een cd branden, maar alleen als de desbetreffende computer jouw camera of opslagmedium ook herkent. - Ja ik spreek al uit ervaring ;-)

Prijs

 



Dia is het goedkoopst. Tenminste zonder afdrukken, want die zijn flink duurder: reken op ƒ 13 per A4. Goedkoper zijn digi-prints, digitaal afgedrukte dia's, maar de kwaliteit wisselt zeer sterk.
Zwart/wit is goedkoper bij zelf afwerken: je drukt niet elk negatief af.
Kleurnegatief is goedkoop als je toch elk negatief afgedrukt wil hebben en zeker als je het in een lage-lonen land af kan laten werken. (Thailand, Indonesië bijvoorbeeld).
Digitaal is alleen goedkoper als je een enorme grootverbruiker van film bent. Of als je heel veel fouten maakt, want je kan onmiddellijk zien of je het goed gedaan hebt en het overdoen, net zo lang tot het goed is.

Trends


Diafilm wordt nog steeds scherper: Fuji Velvia (50) en Provia/Sensia (100) leiden het veld en nemen het over van de Kodachromes, die al sinds de jaren dertig bestaan. Kodachrome is een ander proces, maar er zijn nog maar enkele labs op de wereld over, die het ontwikkelen. Al is er een test aan de gang met minilabs in Duitsland..
Kleurnegatieffilm wordt nog steeds fijnkorreliger bij hogere gevoeligheid en ook scherper.
Om foto-cd's te produceren geldt dia nog als onovertroffen omdat de contrastomvang overeenkomt met die van de scanners, maar kleurnegatief loopt in, omdat het juist een veel grotere belichtingsspeelruimte heeft: er staat altijd wel wat op. En met de juiste software is het ook goed mogelijk om negatieffilm goed te scannen.
Let op dat Velvia weliswaar de de facto standaard is geworden voor natuuropnamen en veel stockfotografie, maar notoir lastig is om te scannen.

Verkopen

 

Voorlopig is dia de keus voor als je vakantie- of reisfoto's wil verkopen, al dan niet met een reisverhaal erbij. Wel digitaal aangeleverd. Werk je alleen voor het web en heb je opslag bij je, dan is digitaal prima. Ik neem het -voorlopig- hooguit als aanvulling mee.